MARGHEM EN MICHEL BOVEN DE WET

Communiqué de presse de Fin du Nucléaire

Illustré par :

In een wet van juni 2015 bekrachtigde het Belgische parlement het besluit van de regering-Michel en haar minister van Energie, Marie-Christine Marghem, om de levensduur van de twee oudste reactoren van de kerncentrale van Doel, bekend als D1 en D2(1), te verlengen.

Ongetwijfeld hebben deze instanties gedacht dat zij dit besluit op dezelfde manier zouden nemen als de verlengingen van 2003 en 2012, d.w.z. zonder de burgers te raadplegen en zonder de internationale verdragen en de wettelijke voorschriften te negeren. Daarbij is nog geen rekening gehouden met het beroep tot nietigverklaring dat de verenigingen Inter-Environnement Wallonie (IEW) en Bond Beter Leefmilieu Vlaanderen (BBL) in januari 2016 bij het Grondwettelijk Hof hebben ingesteld. In het beroep wordt schending aangevoerd van het Verdrag van Espoo en het Verdrag van Aarhus, alsmede van diverse EU-richtlijnen, de habitatrichtlijn, de vogelrichtlijn en de MEB-richtlijn(2). Het is veelzeggend voor de werking en de praktijken van de Staat dat, op het ogenblik dat het Verdrag van Aarhus in december 2002 in Belgisch recht werd omgezet, de regering de eerste wet voor de uitbreiding van kernreactoren aan het voorbereiden was, en dit reeds zonder enige raadpleging van de bevolking.

In juni 2017, anderhalf jaar na de instelling van het beroep, vond het Grondwettelijk Hof het nodig het Hof van Justitie van de Europese Unie (HJEU) te vragen naar de uitlegging van deze verdragen en de EU-richtlijnen, waardoor de duur van de procedure voor het eerst met 2 jaar werd verlengd. Drie en een half jaar na de instelling van het beroep heeft het HvJEU namelijk pas op 29 juli 2019 arrest gewezen, dat in de titel van zijn persbericht als volgt is samengevat(3) :  » De Belgische wet tot verlenging van de levensduur van de kerncentrales Doel 1 en Doel 2 is aangenomen zonder de vereiste voorafgaande milieueffectbeoordelingen « ; met als ondertitel:  » Het is echter niet uitgesloten dat de effecten van de uitbreidingswet tijdelijk worden gehandhaafd in geval van een ernstige en reële dreiging van onderbreking van de elektriciteitsvoorziening.

Het is duidelijk dat minister Marghem en de regering-Michel, door de levensduur van de twee reactoren te verlengen zonder eerst een milieu-effectbeoordeling uit te voeren, de wet hebben overtreden, die zij meer dan wie ook moeten kennen en eerbiedigen. Anderzijds zou de enige reden die het in bedrijf houden van deze reactoren zou kunnen rechtvaardigen, een « ernstige en reële dreiging van onderbreking van de elektriciteitsvoorziening  » zijn. Uit alle in 2015 beschikbare gegevens bleek echter (en blijkt nog steeds) dat deze reactoren nutteloos zijn wat de continuïteit van de elektriciteitsvoorziening betreft:

- De Commission de Régulation de l’Électricité et du Gaz (CREG) had een negatief advies uitgebracht over de verlenging. Dit advies werd genegeerd door minister Marghem, die eveneens betoogde dat de CREG zich met prijzen en niet met volumes moet bezighouden…(4)

- In de periode 2012–2018 is de gemiddelde bezettingsgraad van de Belgische kernreactoren gedaald tot ongeveer 70% in plaats van de 90–95% die normaal wordt geacht voor dit type reactoren, wat overeenkomt met het verlies van een kwart van de nucleaire vloot, d.w.z. het verdwijnen van één grote reactor (1GW) plus één kleine reactor (0,5GW)(5). Reactoren D1 en D2 hebben hier veel mee te maken. In april 2018 schreef de D1-reactor inderdaad nationale geschiedenis door het eerste lek in het primaire circuit van een Belgische reactor te registreren, wat leidde tot een stillegging van 10 maanden, net als D2, zijn tweelingbroer. Deze twee reactoren zijn dus allesbehalve een zekere bron van elektriciteit, maar bovenal hebben deze gebeurtenissen aangetoond dat het mogelijk is zonder deze reactoren te werken, zonder black-out.

- Vier jaar na de verlenging ervan zijn de in de overeenkomst van november 2015 tussen de Belgische Staat en Electrabel voorziene veiligheidsupgrades, geraamd op 700 miljoen euro, nog steeds niet uitgevoerd. Deze werkzaamheden moeten uiteindelijk eind 2019 van start gaan en zullen nog minstens 7 maanden stilgelegd moeten worden. En dan is er nog niets begroot of gepland om ze in overeenstemming te brengen met de nieuwe anti-seismische norm die in 2014 is uitgevaardigd door de West-Europese Associatie van kernregulators (WENRA)(6) — en de Conventie — onder het voorwendsel van de AFCN dat het « geen goed idee » is. niet is omgezet in bindende wetgeving « .(7).

Uit deze elementen blijkt duidelijk dat het inconsequent en onverantwoord zou zijn om dergelijke oude en onbetrouwbare reactoren als essentieel te beschouwen om de continuïteit van de elektriciteitsvoorziening in België te verzekeren, zoals minister van Energie Marghem gedurende haar mandaat heeft herhaald.

Wat opvalt in het discours van de autoriteiten, maar ook in de zeer technische overwegingen van de betrokken rechtscolleges, is de totale afwezigheid van aandacht voor het risico dat deze verouderde reactoren vormen voor de Belgische en Europese bevolking. Hoe ouder deze reactoren worden, en hoe langer ze meegaan na hun verwachte levensduur van 30 jaar, hoe gevaarlijker ze worden en hoe groter de kans op een groot nucleair ongeval(8). De prioriteit is duidelijk die van Engie-Electrabel en haar aandeelhouders, ten koste van de Belgische burgers die, na voornoemde grote winsten te hebben verzekerd, het risico van een atoomramp en bijna alle financiële gevolgen die daaruit zouden voortvloeien, op zich moeten nemen.

Het Grondwettelijk Hof moet nu alleen nog de verloren tijd inhalen en zijn onafhankelijkheid tonen door te bevestigen dat de sluiting van de reactoren D1 en D2 geen « kerncentrale » is. ernstige en reële dreiging van onderbreking van de elektric iteitsvoorziening », en gelast dat de werkzaamheden worden stopgezet totdat een milieueffectbeoordeling is uitgevoerd.

Contact: Frédéric BlondiauFrancis Leboutte — info@findunucleaire.be

32 (0) 4.277.06.61 — www.findunucleaire.be

Notes et références
  1. Comme les 5 autres réacteurs belges, conçus pour durer 30 ans, ils avaient déjà été prolongés de 10 ans par la loi du 31 janvier 2003 due au ministre de l’Énergie Deleuze et au gouvernement Verhofstadt. Dès 2012, le réacteur Tihange 1 (T1), mis en service en 1975 comme D1 et D2, avait été prolongé de 40 à 50 ans par le ministre de l’Énergie Wathelet et le gouvernement Di Rupo.
  2. Convention d’Espoo : convention internationale sur l’évaluation de l’impact sur l’environnement dans un contexte transfrontière conclu à Espoo le 25 février 1991 et ratifiée par l’UE en juin 1997.– Convention d’Aarhus : convention internationale sur l’accès à l’information, la participation du public au processus décisionnel et l’accès à la justice en matière d’environnement, signée à Aarhus le 25 juin 1998 et transcrite dans une loi belge promulguée en décembre 2002.– Directive Habitats : directive 92/43/CEE du 21 mai 1992, concernant la conservation des habitats naturels ainsi que de la faune et de la flore sauvages.– Directive Oiseaux : directive 2009/147/CE du 30 novembre 2009, concernant la conservation des oiseaux sauvages.– Directive EIE (étude d’incidence sur l’environnement) : directive 2011/92/UE du 13 décembre 2011, concernant l’évaluation des incidences de certains projets publics et privés sur l’environnement.
  3. Communiqué la CJUE et le texte intégral de l’arrêt .
  4. Le 2 décembre 2015 à la RTBF. De même, la ministre n’avait pas non plus respecté l’avis du Conseil d’État selon lequel une disposition financière de la convention entre l’État et Electrabel était une couverture des risques économiques pris par l’opérateur, ce qui le favorisait par rapport aux autres producteurs d’électricité.
  5. Les réacteurs D1 et D2 font chacun environ 0,5GW de puissance électrique, les 5 autres réacteurs faisant chacun 1GW.
  6. « For the specific case of seismic loading, as a minimum, a horizontal peak ground acceleration value of 0.1g shall be applied… », WENRA Safety Reference Levels for Existing Reactors (2014).
  7.  Respect de la norme antisismique : voir le site de l’Agence fédérale de Contrôle Nucléaire (AFCN).
  8. Voir « Pour la fermeture immédiate des 5 réacteurs belges les plus dangereux », un article publié à l’initiative de l’ASBL Fin du nucléaire et signé par 14 ingénieurs civils et docteurs en physique, www.findunucleaire.be/com.htm.

Espace membre

Leden